Renoveren tot passiefniveau? Het kan.
Passiefhuizen behoren tot de top van de energiezuinige woningen en hebben (bijna) geen energie nodig om te verwarmen of te koelen. Meestal worden ze nieuw gebouwd, omdat ontwerp en constructie heel erg secuur en doordacht moeten gebeuren. Maar een huis renoveren tot passiefniveau kan ook. Al heeft dat zo zijn eigen uitdagingen.
Velen dromen ervan in deze tijden: een woning die nauwelijks energie verbruikt om te verwarmen of te koelen. En dat soort woning bestaat al: het passiefhuis. Het gaat nog een stap verder dan een lage-energiewoning en een bijna energie-neutrale woning (BEN-woning): het is nog beter geïsoleerd en wordt hoofdzakelijk passief verwarmd, door bijvoorbeeld de zon en de restwarmte van apparaten. Ook koeling in de zomer gebeurt passief, onder meer door zonwering en gerichte ventilatie. Als je dan ook nog zelf energie opwekt, krijg je al snel een nul-energiewoning, die evenveel of zelfs meer energie produceert dan ze verbruikt.
Nieuwbouw is makkelijker
Veruit de meeste passiefhuizen zijn nieuwbouw. Het is immers veel gemakkelijker om een nieuwe woning zo te ontwerpen dat ze een perfect geïsoleerde en luchtdichte bouwschil heeft, zonder koudebruggen. Bij een renovatie wordt dat al een pak lastiger, omdat je met een bestaande structuur rekening moet houden en het bijvoorbeeld vaak erg moeilijk is om isolatie perfect te doen aansluiten. Ook ventilatie, van essentieel belang in een luchtdicht passiefhuis, is veel gemakkelijker te voorzien in nieuwbouw: de ideale plaatsing voor technieken en leidingen plan je in de ontwerpfase.
Ga voor totaalrenovatie
Doorgedreven isolatie is essentieel voor een passiefhuis. En die moet heel wat performanter zijn dan bij pakweg de ook al zeer goed presterende BEN-woning. Om een bestaande woning te renoveren tot passiefniveau kan je ze best helemaal strippen tot enkel de naakte muren overblijven, zodat de isolatie optimaal kan worden aangebracht. Meteen een totaalrenovatie dus, waarbij je het hele huis in één keer aanpakt. Werk je in fases, dan wordt het moeilijker om alles perfect te doen aansluiten, en moet je de volgorde van de stappen heel precies plannen.
Dik in orde
Vaak is het ook niet mogelijk om de isolatie enkel aan de buitenkant van het bestaande pand aan te brengen, omdat bijvoorbeeld de gevel niet te ver naar de straatkant mag uitspringen of de aansluiting met het dak moeilijk wordt in het geval van te dikke isolatie. Dan moet er ook aan de binnenkant geïsoleerd worden, waardoor je ruimte verliest. Daar hou je dus het best rekening mee bij de aankoop van een oud pand: voor muurisolatie van een passiefhuis moet je algauw rekenen op 20 tot 35 centimeter, voor vloeren op 15 tot 25 centimeter en voor het dak op 20 tot 40 centimeter.
De beste ramen
Ook in de ramen moet je extra investeren: hoogrendementsglas (met een edelgas tussen de twee lagen) of beter nog driedubbele beglazing zijn een must, en ook de profielen moeten extra goed isolerend zijn. Bovendien moeten de ramen zeer goed geplaatst worden, want ook verregaande luchtdichtheid is een vereiste voor een passiefwoning. Je wilt immers niet dat je zorgvuldig bijgehouden warmte langs kieren in ramen en deuren naar buiten geblazen wordt.
Ventilatie
Het spreekt voor zich dat ventilatie onontbeerlijk is in een luchtdicht passiefhuis. Niet alleen voor de luchtkwaliteit, maar ook om condensatie en schimmelvorming te voorkomen. In een nieuwbouw kan zo’n systeem relatief eenvoudig geïntegreerd worden, maar bij een renovatie komt er heel wat meer denk- en helaas ook breekwerk bij kijken. Ook moeten er meestal langere en bochtiger leidingen voorzien worden voor de aanvoer van verse en de afvoer van vervuilde lucht, wat niet ideaal is. Opteer in een passiefhuis altijd voor een ventilatiesysteem met warmterecuperatie, waarbij de uitgaande lucht de binnenkomende opwarmt. Op die manier heb je nauwelijks warmteverlies.
En de kost?
Op de vraag wat zo’n renovatie tot passiefniveau moet kosten, is moeilijk een eenduidig antwoord te geven. Wel is meteen voor een totaalrenovatie gaan bijna altijd voordeliger dan werken in fases. En omdat bijna energieneutraal de norm is voor nieuwe woningen, en er ook steeds strengere normen gelden voor renovaties, wordt het prijsverschil met verder renoveren tot passiefniveau steeds kleiner. Met de stijgende energieprijzen doe je er op het einde van de rit zeker een goede zaak mee.